“Er moeten bindende internationale richtlijnen komen om de cyclus van geweld, en het zwijgen erover, op de werkvloer te doorbreken”, Arend van Wijngaarden, voorzitter van CNV Internationaal, pleit naar aanleiding van internationale vrouwendag 8 maart voor een internationale standaard tegen geweld op de werkplek.
CNV Internationaal wil een zogenoemde ILO-conventie tegen geweld op de werkvloer. De ILO is de internationale arbeidsorganisatie van de Verenigde Naties. “Die kan in juni aanstaande al - in hun jaarlijkse conferentie - ervoor kiezen een internationale conventie, een bindende norm, tegen geweld op de werkvloer op te starten”, aldus Van Wijngaarden.
Geweld tegen vrouwen is wereldwijd een groot probleem, zo bleek uit recent onderzoek van de wereldwijde internationale organisatie van vakbonden ITUC.
35 procent van de vrouwen boven de 15 jaar, heeft ervaring met seksuele of psychische agressie thuis of op de werkplek.
En een derde van de vrouwen in de G20 landen (de 20 wereldwijd rijkste Europese landen) is lastig gevallen op de werkplek, maar durft zich daar niet over uit te spreken. Maar ook de recente #metoo-beweging op social media bevestigt dat er nog steeds veel geweld tegen vrouwen is.
Wettelijke basis
“Een probleem daarbij is dat heel weinig vrouwen aangifte doen: ze zijn bang niet serieus te worden genomen of hun baan kwijt te raken. En het is ook nog eens erg lastig om ‘te bewijzen’ dat grenzen zijn overschreden. Resultaat: het wordt niet aangekaart”, aldus Van Wijngaarden. “En dus moeten we ervoor zorgen dat vrouwen wel serieus worden genomen, dat er wel een wettelijke basis is om agressie op de werkplek aan te pakken."
Veilige omgeving
Daarom pleit CNV Internationaal voor een internationale standaard waarin rechtsbescherming van slachtoffers van geweld op de werkvloer is geregeld, waarin staat wat de definitie is van agressie op de werkplek. Niet alleen om slachtoffers te ondersteunen, maar ook om nieuwe slachtoffers te voorkomen.
In zo’n standaard moeten we nauwkeurig omschrijven hoe we een veilige omgeving creëren voor het indienen van klachten en hoe vrouwen beschermd moeten worden bij het indienen van een klacht.”
Het bijzondere van de ILO is, dat iedere lidstaat wordt vertegenwoordigd door twee regeringsvertegenwoordigers en een lid namens de nationale werkgeversorganisaties en één van de werknemersorganisaties. Voordat conventies van de ILO bindend kunnen worden, moeten deze wel door de lidstaten worden geratificeerd.
Van Wijngaarden: “Als het lukt om dit in juni op de ILO-agenda te krijgen, kunnen we wellicht al 2020 een internationale bindende norm tegen geweld op de werkvloer hebben.”
Publicatiedatum 06 03 2018