DonerenNieuwsbrief
HomeActueelVerhalen

De dienst van de dood
 

Werken op het randje en de toekomst van de mijnbouw in Colombia
 

Het verhaal van Deivis Villegas

Dit verhaal is gebaseerd op een podcast uit de serie Liderazgos Imprescindibles gemaakt door Laura Ocampo, de serie werd in 2022 genomineerd voor de Xilópalo de Colombiaanse prijs voor digitale journalistiek.

 

Dit is het verhaal van Deivis Villegas (32). Hij groeide op in Maicao, een stad in Noord-Colombia. Op 12-jarige leeftijd verhuist Villegas naar Barranquilla. Daar volgt  hij tot zijn achttiende een beroepsopleiding aan de Servicio Nacional de Aprendizaje (SENA). Een jaar na het behalen van zijn diploma keert hij terug naar zijn geboortestad, waar hij momenteel nog steeds woont. Inmiddels is hij werkzaam als elektrotechnisch ingenieur bij de Cerrejón-mijn. De kolen uit deze mijn worden gebruikt voor elektriciteitscentrales.

 

Hoogspanning

Villegas bemachtigt in mei 2009 een stageplek in Cerrejón. Op dat moment is hij negentien jaar. “Ik heb er mijn stage afgemaakt en ben er daarna gebleven als onderhoudstechnicus. Het werk in de mijnbouw is eenzijdig, ik moet zorgen dat er hoogspanning beschikbaar is om de mijn draaiend te houden." 

 

Glencore

De mijnen waar Villegas werkt zijn eigendom van Grupo Prodeco, een dochteronderneming van Glencore, één van de grootste multinationals ter wereld. Het bedrijf is ook bekend van de vele arbeidsrechtenschendingen in de mijnbouw in Latijns-Amerika.

Een ‘normale’ werkdag

Villegas: “Als ik overdag naar mijn werk ga, sta ik om 3.40 uur op. Om 4.10 haalt de ‘buseta’ de bus voor de mijnwerkers, mij op en rijden we naar een busstation, waar ik weer een andere bus pak. Gelukkig is dat een nieuwere bus met airco. 

(Maicao is een tropische regio, de temperaturen lopen er op van 26 graden ’s nachts tot tegen de 40 graden overdag, red.). 

Stipt om 4.30 uur vertrekken we naar de mijn.”

"We komen om 5.20 uur aan in de mijn en stappen even later uit de bus, om vervolgens naar de kleedkamer te gaan. Daar zijn kluisjes en op die locatie krijgen we een maaltijdpakketje om mee te nemen. Vanuit daar vertrekken we met auto’s richting onze werkplekken. Als we daar aankomen, ontbijten we en bespreken alvast de plannen en taken voor de werkdag .”

Veiligheidsrisico’s

In die gesprekken komen ook veiligheidskwesties ter sprake bijvoorbeeld als er een incident geweest is. “Als dat klaar is nemen we ons gereedschap mee en vertrekken met een busje naar onze werkplek.” 

Een werkdag duurt ongeveer tot 17.00 uur. Het werk stopt dan, maar van een dag werken in het stof word je behoorlijk vuil dus gaat iedereen zich eerst wassen en schone kleren aantrekken. 

Villegas: “Als ik klaar ben, wacht ik op een bus richting het busstation. Daar wacht ik op de bus richting de stad. Rond 19.35 uur ben ik weer thuis.”

Deze extreem lange werktijden, niet alleen in Cerrejón, maar ook in andere mijnen in het noorden van Colombia, zoals La Jagua de Ibérico of Calenturitas in Cesar, gaan uiteindelijk ten koste van de gezondheid. 

Het werk in de mijnen is zwaar en schadelijk voor de gezondheid. Dat was reden voor Villegas en vele andere mijnwerkers om lid te worden van vakbond Sintracarbón. Zo komt hij op voor betere arbeidsomstandigheden, en een fatsoenlijk leven voor zichzelf en zijn gezin.  

De dienst van de dood

Villegas: “ Vroeger draaide ik een nachtdienst. Ik kwam thuis bij zonsopgang, rustte de hele dag, de volgende dag deed ik weer een dag- en een nachtdienst, en daarna had ik mijn drie dagen rust. Nu werk ik drie opeenvolgende dagen overdag en heb ik vier keer een nachtdienst. Zo lang moeten werken dat is letterlijk op het randje. Daarom noemen we dat de turno de la muerte (in het Nederlands ‘de dienst van de dood’).” 

Villegas maakte persoonlijk in dertien jaar tijd nog geen ernstig ongeluk mee. Maar de gevaren zijn groot . “De veiligheidsrisico's van het werken met hoogspanning zijn groot, dat is bekend. Het geeft ons de taak om voorzichtig te werk te gaan. Ik merk dat hoe meer ervaring je hebt, hoe meer expertise dat geeft.”

 

Dit werk is letterlijk op het randje"

 

Vakbondscollectief

In 2021 is er een vakbondscollectief voor een rechtvaardige energietransitie opgericht. In dit collectief bundelen vakbonden hun krachten om een platform voor dialoog te creëren. Het mijnwerkerscollectief bestaat uit de vakbonden Sintracarbón, Sintramienergética, Sintradem en Sintradrummond. 

Villegas: “We hebben vakbondsleiders nodig die goed zijn opgeleid en voorbereid omdat zij de toekomst van de vakbonden zijn. Als er geen goed opgeleide jonge mensen zijn, wie kan dan in de toekomst de teugels in handen nemen? 

We hebben jongeren nodig met een andere en bredere visie op het vakbondswerk. Colombia heeft nog een lange weg te gaan heeft. We moeten ons veel meer openstellen en persoonlijke belangen opzijzetten om ervoor te zorgen dat collectieve belangen voorrang krijgen.”  

 

We hebben jongeren nodig met een andere en bredere visie op het vakbondswerk"

 

Een aantal jongeren heeft, net als Villegas, de kans gegrepen om zich bij een vakbond aan te sluiten. Dat geeft hun de mogelijkheid om schendingen van arbeidsrechten in verschillende regio's van Colombia aan te pakken.  

Villegas : “De inzet van vakbonden voor arbeidsrechten gaat verder dan het eigen werk en leven van werknemers. Regeringen, multinationals én de hele Colombiaanse samenleving hebben de plicht om deze problemen aan te pakken.”

 

Regeringen, multinationals én de hele Colombiaanse samenleving hebben de plicht om deze problemen aan te pakken"

Vakbonden wereldwijd blijven opkomen voor de belangen van werkenden. Jonge vakbondsleiders zoals Deivis Villegas zetten zich daarvoor in  met begeleiding van CNV Internationaal. Samen vertellen we de verhalen van werkenden en maken zo zichtbaar wat er aan de hand is.  

 

Publicatiedatum 20 04 2023