DonerenNieuwsbrief
HomeActueel

Blog Tunesië Jan Ridder

UGTT Tunesië: een sterke bond aan de praat

FOTOBLOG JAN RIDDER

Vanuit Tunesië doet programmamedewerker Jan Ridder verslag over de samenwerking met de Tunesische vakbondsorganisatie UGTT. De samenwerking van CNV Internationaal met het Noord-Afrikaanse land is relatief recent gestart. Naast de activiteiten met vier West-Afrikaanse partnervakbonden in Benin, Guinee, Niger en Senegal, is CNV Internationaal in 2017 van start gegaan in 2 nieuwe landen: Mali en Tunesië.  

De UGTT is een grote bond, die zeer goed vertegenwoordigd is in grote delen van het land. Na de Arabische Lente (‘de Jasmijnrevolutie’, zoals ze hier zeggen) dreigde er ook in Tunesië  chaos uit te breken. Echter, organisaties als de UGTT maar ook de tegenhanger van de werkgevers, UTICA, de Orde van Advocaten en LDH, een mensenrechtenorganisatie, sloegen de handen in elkaar. Zij wisten te voorkomen dat het land aan de grond liep. Daar zijn de mensen van UGTT terecht nog steeds trots op. De vier organisaties kregen samen de Nobelprijs voor de Vrede.

Zo’n bond heeft toch helemaal geen hulp nodig?

Dat zou je zeggen inderdaad. Dat klopt, op twee onderwerpen na. CNV Internationaal heeft inmiddels veel ervaring opgedaan met programma’s rond de verbetering van de inzetbaarheid van jongeren. Daar heeft de UGTT weinig kennis over, èn veel belangstelling voor, want maar liefst 38% van de Tunesische jongeren zit zonder werk. In december 2018 organiseerde de UGTT met steun van CNV een workhop voor 22 jongeren, waar een CNV Internationaal expert van het Afrika bureau in Benin een training gaf over inzetbaarheid van jongeren en de mogelijkheden van lobby.

De UGTT wil geen oppositie zijn

Nu, eind april 2019,  is het tijd voor deel 2 van deze workshop. Daarnaast zijn we gekomen om de UGTT beter te leren kennen zowel in de regio als in de sectoren. Maar vandaag is er om te beginnen een manifestatie, want het is 1 mei, Dag van de Arbeid.  De Algemeen Secretaris, Noureddine Taboubi, spreekt vanaf het balkon van zijn kantoor de massaal toegestroomde leden toe. Samen zingen zij het strijdlied van de UGTT èn vervolgens het volkslied. Want de UGTT wil geen oppositie zijn. Ze zijn ook trotse Tunesiërs. Het plein voor het UGTT-gebouw staat vol. Sommigen dragen spandoeken met teksten over misstanden.

Bedrijfsbezoek Heineken

Vervolgens vertrekken we voor ons eerste bedrijfsbezoek richting de Tunesische Heinekenbrouwerij. Voorheen zijn daar wel problemen geweest. Momenteel echter zijn de directeur en bond het er over eens dat de sociale dialoog goed verloopt. De veiligheidsmaatregelen zijn indrukwekkend. We kijken eerst een veiligheidsfilmpje en moeten vervolgens een test doen. Wie meer dan twee fouten heeft, mag de brouwerij zelf niet bezoeken.  

Wat goed is voor de bond is goed voor het bedrijf

Ons volgende doel is een textielfabriek in het zuidwesten, met een Italiaanse eigenaar. Eerder verliep de samenwerking met de bond daar stroef, maar dat was vooral omdat de directeur alleen Italiaans sprak. Geleidelijk echter hebben bond en directie een goede verstandhouding opgebouwd. Sommige vakbondsmensen spreken nu zelfs Frans met een Italiaanse accent (en wat Italiaans).

De vakbondsman daar legt ons uit dat “wat goed is voor de bond, ook goed is voor het bedrijf”. En dat is in andere woorden wat wij als CNV Internationaal de vakbondsmensen bij de lobbytraining proberen te laten inzien. Onderhandelingen, die je zo inzet dat die kunnen leiden tot een win-win situatie, hebben grotere kans van slagen. 

Raffinaderij afgewerkte olie

We vervolgen onze trip met een gesprek met de achterban bij een regionaal onderdeel van de UGTT in Bizerte (ten noorden van Tunis). De bond laat trots hun succesverhalen zien. We spreken met de Algemeen Secretaris van de bond in een bedrijf dat afgewerkte olie opnieuw raffineert naar nieuwe producten, ook voor bekende oliemerken.  

Een kort lijntje met personeelszaken

Hij vertelt hoe zijn vakbondsteam kleine problemen regelt, zoals disciplinaire maatregelen over absentie of te laat komen. Dat gebeurt soms door gesprekken met de werknemer en soms ook door de werknemer een excuusbrief te laten schrijven. Net als bij de andere bezochte bedrijven hebben de vakbondsmensen een heel kort lijntje met de directeur personeelszaken, en indien nodig ook met de algemeen directeur. En wederzijds. Daarnaast is er het reguliere overleg, meestal tweewekelijks, tussen personeel en de bond. Ook als er geen issues zijn, zien ze elkaar toch, dan meestal kort, of om ook eens aan andere zaken toe te komen.

Klassen met 70 leerlingen

Met een bestuurder van de regionale afdeling van de UGTT spreken we later nog over de algemene situatie. Hij is ongerust over de bezuinigingen van de overheid als gevolg van zware druk van de Wereldbank: “Dat is indirecte kolonialisering: onderwijs en zorg mogen geen mensen meer aannemen. Ziekenhuizen missen materiaal en personeel, de klassen zijn met 70 leerlingen overvol". 

Samenwerken aan inzetbaarheid

Het zijn vooral de successtories van de UGTT die we zien, dat realiseer ik me. Maar het is duidelijk dat de UGTT een zeer professionele vakbond is in de regio en ook in de bedrijven. Samen gaan we verder met het werken aan de inzetbaarheid van jongeren. Komende tijd worden er drie regionale workshops georganiseerd (noord, midden en zuid Tunesië). En we adviseren de UGTT op het gebied van communicatie over nieuwe sociale afspraken in het land. 

Tunesië, mei 2019
Jan Ridder

 

Meer over Tunesië

Blog Semih Eski - In gesprek met leeftijdsgenoten over kansen en dromenEmployability voor jongeren - kansen en uitdagingen

Publicatiedatum 06 05 2019